Nederlandse ‘ogen en oren’ goud voor MINUSMA

Gepubliceerd op: 16-1-2018

Opluchting na herstart operaties Mali. Door een algeheel schietverbod in het laatste kwartaal van 2017 kreeg de Nederlandse missie in Noord-Mali een abrupte wending. Commandant Long Range Reconnaissance Taskgroup Desert Falcon 3 luitenant-kolonel Paul Janssen blikt er bij zijn vertrek op terug. “De missie stilgezet, dacht ik toen ik het hoorde. Het is toch geen voetbalwedstrijd?” 

Afbeelding verwijderdHet uitgevaardigde schietverbod - oktober vorig jaar - maakte direct een einde aan de verkenningsmissie. Patrouilleerden de mannen een dag eerder nog in en om steden als Gao en Kidal. Nu mochten ze Kamp Castor niet meer af. 

Met de bevindingen van de Onderzoeksraad voor Veiligheid, de daaropvolgende veiligheidscontroles van munitie, medische opvang en een lange operationele pauze was het een turbulente periode. “Dit is mijn achtste uitzending, maar ik heb nooit eerder meegemaakt dat de volledige operatie wordt stilgelegd”, aldus Janssen. "In Gao was dat ruim twee weken en in Kidal twee maanden."

Onmisbare rol
Na extra veiligheidschecks werden de verkenningen in Kidal in december weer opgestart. Voor de VN-missie MINUSMA en vertegenwoordigers van de Franse antiterreurmissie Barkhane was dat erg belangrijk. En dat terwijl er slechts zo'n 30 Nederlandse militairen actief zijn. Ze vervullen volgens het hoofdkwartier een onmisbare rol, die in de tussentijd niet werd opgevuld. “Het Nederlandse peloton vormt een goede sensor in en om de stad”, weet Janssen. “Ze gaan veelvuldig de poort uit om met vertegenwoordigers van allerlei groepen te spreken.” 

Lees volledige artikel in de Defensie-krant.

Bron : defensie.nl

Altijd op de hoogte? Meld u aan voor de wekelijkse nieuwsbrief