Minder inzet marechaussees op kazernes en transport wekt twijfel

Gepubliceerd op: 28-5-2018

Zorgen over ’wijkagent’
Defensie komt bij van een kwarteeuw aan afbraak door bezuinigingen. De Telegraaf onderzoekt deze maand hoe onze krijgsmacht er werkelijk voor staat en wat de toekomstperspectieven zijn. Vandaag op de dag van het defensiedebat: de Koninklijke Marechaussee (KMar).

Afbeelding verwijderd

Ook veiligheidscontroles rond Schiphol horen tot de taken van de KMar. 

Beschermen wat ons dierbaar is. Zo luidt de leus van defensie. Geen krijgsmachtsdeel moest dit afgelopen jaren zo in de praktijk brengen als de Koninklijke Marechaussee. Of het de vluchtelingenstroom, de snel toenemende terreurdreiging in eigen land of het in goede banen leiden van het stijgend aantal internationale reizigers was; de KMar draaide ervoor op. Minder inzet marechaussees op kazernes en transport wekt twijfel

Dat ging niet zonder slag of stoot. De marechaussee moest interne bijstandsteams door het hele land heen en weer schuiven om telkens weer nieuwe gaten te dichten. KMar-Commandant Harry van den Brink noemt de gevolgen ’een structurele disbalans in de organisatie’. Waar vooral het personeel voor opdraaide.

Marechaussees werden op stel en sprong van Schiphol naar Eindhoven en van Rotterdam naar Zevenaar gestuurd. Iets wat zijn mensen volgens de generaal op zich niet erg vinden. „Want ze willen graag zijn waar de actie is. Dat maakt het werk relevant.” Maar zeker werknemers met een gezin gaat het na een paar maanden en zeker jaren opbreken, zo erkent Van den Brink. Hij denkt dat het ergste inmiddels achter de rug is.

De afgelopen jaren heeft de dienst dankzij Haagse miljoenen honderden extra mensen kunnen aannemen die worden ingezet voor de bewaking van gevoelige objecten zoals de Tweede Kamer en bij de grensbewaking. Vooral op Schiphol is dat door de groei van het aantal reizigers een heet hangijzer.

Opstappers
„We hebben wat personeel betreft nog een gat, maar we lopen het in”, stelt de luitenant-generaal vast. Anders dan de andere krijgsmachtsdelen heeft de KMar geen moeite nieuwe mensen te werven. Personele zorgen heeft hij desondanks wel. Net als zijn collega’s van de marine, land- en luchtmacht. De marechaussee verliest bovengemiddeld veel ervaren krachten. Het aantal onverwachte opstappers is verdubbeld ten opzichte van het langjarig gemiddelde.

Dat komt volgens Van den Brink vooral door het personeelssysteem van defensie. Dit werkt met twee contracten voor bepaalde duur. Pas rond zijn 35e weet een marechaussee of hij definitief mag blijven. Dit creëert de ideale voedingsbodem voor andere opsporingsdiensten als politie en douane die heel hard nieuwe mensen nodig hebben en volgens de generaal bereid zijn wel een vaste arbeidsovereenkomst te bieden.

Die situatie is niet ideaal, erkent Van den Brink. Liever zou hij zien dat binnen de overheid wordt samengewerkt in plaats van geconcurreerd. Voor het zover is, heeft de KMar zelf de organisatie aangepast. Medewerkers die goed functioneren en willen blijven, krijgen eerder de garantie van een vast contract. De aanpak lijkt te werken. Volgens Van den Brink melden zich zelfs mensen die al weg waren, maar terug willen. De KMar heeft er een speciaal loket voor geopend. Deze herfst hoopt de generaal de zaken op de rit te hebben.

Tegelijkertijd concludeert de KMar dat de groeiende vraag naar ’veiligheid’ niet valt te beantwoorden met alleen maar meer van hetzelfde. Op Schiphol is daarom gestart met een proef waarbij paspoortcontroles door burgermedewerkers worden uitgevoerd. Ze volgen een kortere opleiding dan reguliere marechaussees en werken op basis van een flexibel contract.

Ze zijn sneller en flexibeler inzetbaar. Schiphol heeft dertig van zulke burgermarechaussees. De luchthavens van Rotterdam en Eindhoven staan op de rol voor twintig. Voor de langere toekomst werkt de KMar aan verdergaande automatisering van de paspoortcontroles.

Politiek
De Gezamenlijke Officieren Verenigingen (GOV) kijken ondanks de positieve toon kritisch naar het kleinste krijgsmachtsdeel. Ze hebben hun twijfels over gemaakte keuzes. De GOV zijn niet gelukkig met het politieke besluit om de KMar niet meer in te zetten voor de begeleiding van militaire transporten.

De grootste zorgen maken ze zich over de weinige tijd die er overblijft voor het toezicht op de kazernes. Daar fungeert de KMar als een soort wijkagent die zorgt dat het er rustig blijft.

Vorig decennium bleek uit het werk van de onderzoekscommissie Staal dat het om essentieel werk gaat. Desondanks is het volgens Harm de Jonge van de GOV vooral deze taak waarop is gekort. Hij roept de politiek op dit te heroverwegen. Zeker na de geruchtmakende pest- en zedenzaak bij de Luchtmobiele in Schaarsbergen. „De minister heeft het over veilig leven en werken. Tegelijkertijd spreken commandanten van de landmacht informeel hun zorgen uit over de dienstverlening van de KMar. Dit is een onderwerp dat aandacht verdient.”

Bron : telegraaf.nl/krant

Altijd op de hoogte? Meld u aan voor de wekelijkse nieuwsbrief