Dienstweigeraars in Veenhuizen

Gepubliceerd op: 18-1-2019

DOOR: Nationaal Gevangenismuseum “Het meest onhandelbare deel der bevolking”, verzuchtte de hoofddirecteur van de Rijkswerkinrichting in zijn jaarverslagen over de dienstweigeraars, die van november 1931 tot en met augustus 1942, in het eerste gesticht van Veenhuizen, nu gevangenis Norgerhaven, waren ondergebracht. Eerder werden de dienstweigeraars in de bijzondere strafgevangenis van Scheveningen opgesloten, maar in 1931 gingen zij vanwege plaatsgebrek naar de Rijkswerkinrichting in Veenhuizen.

Gezien de reactie van de hoofddirecteur van de rijkswerkinrichting, waren de jonge jongens niet de makkelijkste. Een reconstructie van de bijna elf jaren die de dienstweigeraars in Veenhuizen zaten.

Afbeelding verwijderd

In Veenhuizen
Na hun veroordeling, werden de dienstweigeraars naar Veenhuizen gezonden. Zij kwamen onder geleide van een rijksveldwacht of marechaussee, per trein aan op het station van Assen. Hier stapten zij over in de autobus van het Rijk en werden zij verder begeleid naar Veenhuizen door de marechaussee van Veenhuizen.

Bij aankomst in Veenhuizen werden de dienstweigeraars ingeschreven en kregen ze een nummer toegewezen. Soms kregen ze ook een bad en werden de haren geknipt. Als dat gebeurd was, kregen de nieuwe gevangenen kleding aangemeten, bestaande uit twee buizen, twee broeken, drie paar wollen sokken, één paar klompen (of schoenen op medisch advies), één paar handschoenen, één pet, twee werkkielen, twee zakdoeken en twee halsdoeken, twee hemdrokken, drie hemden, twee onderbroeken van ruw keperkatoen, één gondel of een paar broekdraagbanden. Door kleine verschillen in kleding, werd de soort gevangene onderscheiden. Zo droegen de dienstweigeraars een bruine buis met zwarte kraag en een bruine broek.

Lees meer op de website historiek.net

Bron : historiek.net

Altijd op de hoogte? Meld u aan voor de wekelijkse nieuwsbrief