Gepubliceerd op: 9-6-2010
Tijdens de herdenking van de capitulatie op 5 mei 2010 in Wageningen werd door zowel prof. dr. J.C.H. Blom (o.a. oud-directeur van het NIOD en lid van het Nationaal Comité 1945 Wageningen) als mevr. M.H.M.F. Gardeniers-Berendsen (o.a. voormalig Minister van CRM en oud-lid van de Raad van State) gehouden toespraak wordt stilgestaan bij de traditie om de capitulaties en de daaruit voortvloeiende vrijheid te gedenken.
De toespraak van mevrouw Gardeniers-Berendsen wordt hieronder integraal weergegeven.
Graag wil ik aansluiten bij het slot van de woorden van de heer Blom van het Nationaal Comité Herdenking Capitulaties 1945 Wageningen, die ook in zijn speech met nadruk en zo terecht het militair en internationaal karakter onderstreept van de herdenking te Wageningen. Er leven vandaag nog veel Nederlanders die zich als de dag van gisteren kunnen herinneren die hele speciale dag, welke van Zuid tot Noord in Nederland hún éigen dag van de bevrijding betekende. Herinneringen in beelden, óf uit eigen ervaring, dan wel door foto’s en films. En al díe zo verschillende dagen viert Nederland op 5 Mei overdag hier in Wageningen met de militaire bevrijders, waarbij zich ook nog altijd leden van het “burgerleger” kunnen voegen, al gaat het wat stram of per auto. Overigens mijnheer Blom, “burgerleger” wat een prima term om het “verzet” juist hier zó aan te duiden.
Vanavond wordt in het bijzijn van Hare Majesteit de Koningin in de hoofdstad Amsterdam de herwonnen vrijheid in het openbaar gevierd, en zo echt “Hollands” op het water.
Want het is juist deze Koningin die na haar aantreden, mede door het instellen van Het Nationaal Comité 4 en 5 Mei het nationale karakter van beide dagen tot in de verre toekomst heeft versterkt. Bij de herdenking op 4 mei worden allen herdacht: burgers en militairen,vervolgden en oorlogsgetroffenen, die in de jaren 40-45, waar ook ter wereld het leven lieten, en eveneens zij, die ook daarná omkwamen in óórlogssituaties en vredesoperaties. Dit gebeurt ook centraal in onze hoofdstad. De vergelijking met de Klaproosdag in Engeland valt direct op.De11e November waarmee zowel alle gevallenen uit de Eerste Wereldoorlog herdacht worden, maar tegelijkertijd die van de oorlogen daarvoor én daarna.
Door ook de 5-de Mei daar, in de hoofdstad te vieren als de dag van feestvreugde om de herwonnen vrijheid versterkt het bindende, nationale karakter van deze beide data. Natuurlijk worden daarmee de vele herdenkingen die plaatselijk op andere data worden gehouden onverlet gelaten. Zowel die op 4 mei onderdeel zijn van nationale rouw, maar het slaat ook zeker op de 5e Mei–avond in Amsterdam. Daar wordt die dag besloten met een feest om de vrijheid te vieren, nadat voorafgaand daaraan híer in Wageningen, het eerbetoon gegeven wordt dóór en áán hén die hun leven in wilde zetten, en hun kameraden zagen vallen om dat doel, VRIJHEID te bereiken. Wageningen! waar de handtekeningen werden gezet, die de capitulatie van het Duitse leger bevestigde. Daarmee was Nederland dan eindelijk BEVRIJD. In Wageningen wordt de bevrijding herdacht. En dat gebeurde in 1955, 10 jaar na de bevrijding voor het eerst door het défilé, hier te Wageningen in het bijzijn van Koningin Juliana en Prins Bernhard. De band tussen het Défilé Wageningen en Prins Bernhard werd er een voor het leven!! De oprichting van het NCHC-W in 1980 versterkte het blijvende karakter van het defilé. Omdat in de naam verwezen werd naar de capitulatie 1945 in Europa, werd in 1982 de “s” aan het woord capitulatie toegevoegd, om ook de capitulatie van het Japanse Leger daarmee de juiste plaats te geven. Koningin Beatrix woonde in 1987 met haar echtgenoot Prins Claus én Prins Bernhard het défilé bij, waardoor opnieuw het nationale karakter van dit gebeuren te Wageningen werd benadrukt. Een traditie, zoals in Engeland had Nederland door zijn neutraliteit in de Eerste Wereldoorlog niet. Het is goed, dat zowel de herdenking van gevallenen, als het eerbetoon hier te Wageningen aan hen, die Nederland hier en elders, nú én in de toekomst gewapend vertegenwoordigen, wordt afgesloten met de viering te Amsterdam.
Daarmee wordt uitvoering gegeven aan de vaak geuite woorden: Wij zullen jullie nooit vergeten.
Waarom wil ik vandaag zo de nadruk leggen op de traditie, die ons land vóór 1945 eigenlijk vreemd was. Wellicht komt het door de vele media, waardoor je ieder moment in feite alles kunt weten wat er op hetzelfde moment ergens ter wereld plaatsvindt, zowel alle rampen van ons eigen onrustig hemellichaam AARDE, dat zich manifesteert met aardbevingen, tsunami’s en zoals recent met aswolken, maar ook GOED ÉN KWAAD dat door mensen wordt veroorzaakt. Het is goed dat er ieder jaar vooruitgang wordt geboekt, die ons de kans biedt ouder te worden, meer te leren, meer te reizen. Maar ik denk dat we allen weten, dat hetovergrote aanbod op eigenlijk alle terreinen ook nadelen meebrengt. De snelheid waarmee zekerheden verdwijnen en weer nieuwe worden, aangeboden, maakt dat “hérdenken” een nationaal juweel op zich is en één van de pijlers van het leven zal blijken. Het omzien naar wat gebeurde en daardoor te leren van het verleden.
Toch is het goed dat ook daar waar de bevrijding veel eerder kwam, waar men op 5 Mei al weer maanden lang het dagelijks werk ter hand had genomen, men wel terugdacht aan de blijdschap over de Bevrijding met binnenrijdende geallieerde troepen in augustus/september 1944, zoals in het Zuiden van Limburg, delen van Brabant, en Zeeland. Maar de tegenstelling met b.v. het noordelijk gedeelte van Limburg vanaf Roermond, en Zuid-Oost Brabant, waar de bevolking geëvacueerd was met treinen door Duitsland heen, onder bommen en beschietingen naar onze Noordelijke provincies maakte bijna een jaar verschil. Al bleken de verschillende talen/dialecten geen bezwaar om elkaar aardig te vinden, want er kwamen heel wat huwelijken tussen Noord en Zuid tot stand. Ook deze provincies waren vóór 5mei bevrijd, maar de evacués konden pas in het late voorjaar, mei, juni ’45 terug naar eigen dorp en stad, waar de puinhopen vaak nog niet geruimd waren. Dat waren geen feestelijke bevrijdingdagen.
Ook is het goed om te weten, hoe het in die delen van ons land toeging waar men het heen en weer golven van de werkelijke oorlog meemaakte, rondom Arnhem, Nijmegen. Waar men maandags bevrijd was, om donderdag weer alleen Duits te horen, en alle gevaar, vernielingen, en doden, die daarbij hoorden.
Het is goed dat er boeken zijn waarin de verhalen zijn opgeschreven. En wat dacht U van de gevangenen. Ik kwam Zaterdag jl. terug van de herdenking te Dachau, en hoorde weer de verhalen van het verlangen naar huis en familie, toen ze daar 29 april bevrijd werden. Geen vervoer en dan maar gewoon gaan lopen naar Nederland. Dan de ontvangst, zoals enkel oud-gevangenen weer móésten vertellen toen ze bij de Nederlandse grens kwamen op een zondag eind Mei, waar een Nederlander stond in uniform. Hij bekeek dat vieze magere mensengroepje eens en zei: Op Zondag zijn we gesloten,komt U Dinsdag maar terug. Bevrijding,thuiskomst! En toch was het juist dat verlangen dat de dood in ’44 en zeker ’45 bedwong.
De kampen die door de Russen bevrijd waren, hadden geen route naar het westen. Men maakte de lange weg naar Rusland; kwamen later dan de 5e Mei in Nederland aan. De overlevenden van Auschwitz, Bergen-Belsen en andere kampen in Polen en Oost-Duitsland. Ze voelden geen welkom En dan eindelijk, eindelijk de capitulatie van Japan in Nederlands Indië. Ook voor de mensen daar werd het opnieuw wachten en wachten,voor ze naar huis, naar Nederland konden. In Mei duurde het feesten om de bevrijding in de Randstad trouwens ook maar een dag of twee Het was te begrijpen dat ook bij thuiskomst in latere maanden, soms pas in het najaar in het eigen land en zeker in het Westen er nee, geen feesten, geen blijdschap meer te bespeuren was.
Over de oorlog wordt hier niet meer gepraat, werd gezegd. Alsof in die maanden tussen September ’44 en Mei ’45 wél gepraat was; in die winter, waarin om een korst brood gevochten kon worden. En toch, ondanks de vaak voor de thuiskomers onbegrijpelijke kilheid en desinteresse, drong langzaam maar zeker het gevoel dat de oorlog echt voorbij was dóór. Ondanks de onzekerheid om familieleden waar men niets van hoorde, ondanks zorg om een huis, om een baan, Ondanks de heel langzaam op gang komende overheidstaken, na het wegvallen van de Duitse bevelen uit de voorbije jaren. Ja, de oorlog was werkelijk voorbij.
De eerste jaren waren er amper herdenkingen, dat kwam eigenlijk pas in de jaren vijftig. Bij velen in het Westen van het land, was toch 5 Mei , zelfs al was het plaatselijk anders gegaan, wel de datum van de handtekening van de capitulatie, maar vieren?? Eerder herdenken, zoals op plaatsen in de eigen gemeente. Daar- buiten op plaatsen waar mensen waren doodgeschoten, zoals bij de aanval op Rauter. Het drama van Putten werd bekend, want we hadden weer elektriciteit en dus stond de lang verstopte radio aan.. Het meer nationale gevoel van herdenken kwam eigenlijk pas opgang toen in de jaren ’60 de televisie meer gekocht werd, en vaak met buren erbij gekeken werd. De herdenking van 4 Mei op de Waalsdorpervlakte is jaren voor velen met zichtbare,maar ook onzichtbare beschadigingen uit de oorlogsjaren het moment van werkelijk hérdenken geworden.
Ook het besluit van de 2 minuten stilte om 8 uur op de 4e mei, het stilstaan van de nog weinige auto;s werd waardig uitgevoerd. Maar de blijdschap, de wilde vreugde van die ene 5 Mei 1945, zoals we ons toch jaren hadden voorgesteld, heb ik niet snel teruggezien. Getrouwd in 1950 herinner ik me zeker Wageningen. Wij gingen na het horen van de bijeenkomst hier, er naar toe. Niet met het prachtige vervoer van nu. Het was heel goed, dat het pas ’s middags was; en liften was toen iets, dat zeker in de buurt van Wageningen op 5 Mei geaccepteerd werd.
Eind jaren ’70 kwam het besluit om de 5e mei eenmaal in de 5 jaar als de dag van bevrijding te vieren. Hier in Wageningen heeft het NCHC vanaf 1980 de toon gezet, en werd het begin van een nationale dag. Naast regionale vieringen in September en andere maanden, en naast augustus voor de bevrijding van Nederlands Indië. De inzet van het Nationaal Comité 4 en 5 Mei met de jeugdfestivals, maakte langzaam maar wel heel zeker in alle provincies ook de jeugd wakker. Nu in 2010 is het 65 jaar geleden, dat op die morgen van de zesde mei hier in Wageningen alle handtekeningen onder de capitulatie-tekst waren geplaatst.
Je komt nu al vaak mensen tegen, die menen dat wij altijd na de oorlog zowel de 4e Mei ’s avonds om 8 uur, als de 5e Mei in Amsterdam gevierd hebben. Kennelijk moet je van vroegere datum zijn om beter te weten, maar het tekent de zekerheid dat én 4 én 5 Mei voor het nationaal bewustzijn wat oorlog, maar vooral vrijheid betekent voor de samenleving, jaarlijks wordt bevestigd én doorgegeven. Ook kunnen we nu vaststellen, dat de inzet die onze Koningin, Koningin Beatrix gaf aan het vastleggen van deze bijzondere dagen van onschatbaar belang is voor het overdragen naar volgende generaties van wat vrijheid betekent. Dat vrijheid iedereen aan gaat. Door dit jaarlijks herdenken én vieren, bevestigen wij jaar in jaar uit het nationale respect voor zo velen, mannen en vrouwen, vervolgden en gedwongenen, zowel militair als in het burgerleger, die hun leven gaven of wilden geven voor dat ideaal: “leven in vrijheid voor allen”
Rotterdam, Mei 2010.
Als SMC'er ontvangt u zes keer per jaar het rijk geïllustreerde tijdschrift Marechaussee Contact.
Meld u meteen aan om mee te doen!
Nederlandse PolitieBond: Nieuwe grenscontroles werken averechts
Verdachten staan terecht op Curaçao voor moord op marechaussee
Het is enorm wat er op ons afkomt
Van mensensmokkel beschuldigde slijter mag zaak openhouden: bewijs te mager
Opening presentatie ‘Gezien en Ongezien’ in Nationaal Militair Museum