Zo werd de gijzeling in de Apple Store beëindigd: ‘We wilden de gijzelnemer uitputten’

Gepubliceerd op: 31-12-2022

Piet Kelder en Rienk de Groot, algemeen commandant en hoofd van de Dienst Speciale Interventies, leidden de operatie rond de gijzeling in de Apple Store. Door heldhaftig ingrijpen kostte die alleen de gijzelnemer het leven.
De Amsterdamse Syriër Abdel Rahman Akkad (27) liep in de namiddag van 22 februari rond 17.40 uur zwaarbewapend de Apple Store aan het Leidseplein binnen, gehuld in legeruniform met bomvest. De verwarde twintiger schoot vier keer richting agenten op het plein en vier keer in de winkel en gijzelde een Bulgaarse toerist van 39 vervolgens urenlang.

Medewerkers en klanten vluchtten naar buiten en naar de kantine op de eerste etage. Vier van hen, een winkelmedewerker, een tienermeisje, haar moeder met een zwak hart en een student, verschuilden zich in een bezemkast op de begane grond en verkeerden urenlang muisstil in doodsangst. Bovendien zaten zo’n 65 mensen, ook van andere bedrijven in het Hirschgebouw, vast op de drie bovenverdiepingen.

Slachtoffers voorkomen
Piet Kelder en Rienk de Groot zullen de gijzeling nooit vergeten. Als algemeen commandant en hoofd van de Dienst Speciale Interventies (DSI) stuurde het duo de majeure operatie aan waarmee de politie en tal van andere diensten hun grote doel nastreefden: slachtoffers voorkomen.

Hoofdofficier van dienst Kelder zou, zoals elke dinsdagavond, gaan sporten. Rond half zes belde een collega van de meldkamer. “Ik hoorde meteen de spanning in haar stem. In de Apple Store hield een man iemand onder schot, en er waren veel mensen binnen. Dan weet je: naar die meldkamer, waar het overzicht is.”

De gijzelnemer had zelf de politie gebeld met zijn onmogelijke eis: 200 miljoen euro in cryptovaluta en een vrijgeleide.

Veilige ring
“In de meldkamer dacht ik eerst: dit is een oefening. We konden live zien hoe die man met een pistoolmitrailleur, nog een pistool en ogenschijnlijk een bomvest iemand onder schot hield,” zegt Kelder. “Hij had vier keer richting collega’s geschoten, dus we moesten op veilige afstand een eerste ring van politiemensen om het plein formeren. In een split second denk je ook: is dit terreur? Komt ergens een second blast (een tweede aanslag)? Nee, dus we richtten ons op dit geïsoleerde incident.”
De politie had al snel contact met het viertal dat opeengepakt in de bezemkast van de winkel zat.

Intussen berichtten media over de gijzeling en doken berichten, foto’s en filmpjes van twitteraars online op. Stadszender AT5 volgde de gijzeling live.

Rienk de Groot was op het kantoor van de Landelijke Eenheid in Driebergen. “Amsterdam schaalde vol op, wij als DSI ook. Onze Quick Reaction Force en Rapid Response Teams waren in hun gepantserde auto’s al onderweg. Tien operators konden in hun zware uitrusting zo al snel de gevaarlijkste posities van de agenten overnemen,” zegt De Groot. “Na de verschrikkelijke aanslagen in Parijs en Brussel hebben wij als Nationale Politie in 2015 een krachtig concept opgezet waarin speciale eenheden altijd paraat zijn. We schalen op terwijl zij al ter plaatse zijn.”
De Groot reed in noodvaart met zijn staf naar het Amsterdamse hoofdbureau om in het commandocentrum ‘aan te klikken’ bij Kelder. “Door onze binnenring om het plein mocht de situatie niet mobiel worden. Niemand moest er nog in of uit kunnen. Wij denken in een vaste volgorde: publiek, slachtoffers, politiemensen, andere hulpverleners, verdachten. Het is hartverwarmend hoe snel we controle hadden.”

Motorkapoverleg
Bij het plein werd een ‘copi-bak’ (Commando Plaats Incident) neergezet: een mobiel commandocentrum voor wat vroeger het motorkapoverleg heette, tussen de politie en leiders van alle andere hulpverleningsdiensten, onder wie specialisten van de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD).

Kelder: “De operationele aansturing door de commandanten op straat verliep uitermate professioneel en zorgde voor een status quo. Gelukkig raakte door het schieten van de gijzelnemer niemand gewond. We wilden uitstralen: het is ernstig, maar we zijn in control. Door het vele oefenen zitten de protocollen in mijn hoofd, maar je moet ook improviseren om een stevige organisatie neer te zetten.”

Zes cellen van onderhandelaars, koppels of drietallen, rukten aan en gingen op afstand in gesprek met de gijzelnemer, de vier in de kast en de tientallen boven. De Groot: “Deze onderhandelaars zijn cruciaal. Ze zijn goed getraind in het proeven wat de gijzelnemer voor type is, en hoe hij of zij is te beïnvloeden. De slachtoffers mogen intussen niet in paniek raken.”

Voorbereid op alles
De Groot haalde uit het hele land pantserwagens met manschappen, scherpschutters, robotvoertuigen en de imposante Bearcat (‘Ballistic Engineered Armored Response Counter Attack Truck’): een robuust pantservoertuig dat zowat tegen alles is bestand. De Groot heeft binnen de DSI 600 man ter beschikking.

“Je bereidt je voor op alles, maar houdt het incident zo klein mogelijk,” zegt De Groot. “In mei 2021 hadden we dat extreme geweld na die overval op Schöne Edelmetaal in Amsterdam-Noord. Ook toen werkten blauw en DSI fantastisch samen. We weten dat onze blauwe collega’s bij gevaarlijke incidenten sneller en moediger naar voren stappen nu ze weten dat ze binnen enkele minuten back-up krijgen van de DSI’ers die permanent op straat zijn.”

Kelder: “We hebben vanuit alle gremia heel snel opgeschaald. Je beschermt de plaats delict, de opsporing gaat lopen, je bereidt je voor op een interventie én onderhandelt met degenen in de winkel. Ik werd direct ondersteund door een Staf Grootschalig Bijzonder Optreden met professionele commandanten van processen als opsporing, informatie, ordehandhaving, mobiliteit, communicatie maar ook het voorbereiden van een mogelijke langdurige inzet, dus we zorgden voor opschaling met voldoende personeel en materieel.”

Oefenexplosief
De gijzelnemer stuurde rond 19.00 uur berichten en een selfie naar AT5. Op de selfie was na inzoomen op de bom aan zijn vest een woord te zien: DW96-exercitie. Een oefenexplosief. Toch stelde dat niet gerust. De Groot: “Ook als op de buitenkant exercitie staat, kan hij er 2 kilo kneedbommen in hebben verwerkt. De draden naar zijn ontstekingsmechanisme waren echt, concludeerde een specialist van de EOD op basis van de beelden.”

Intussen was de driehoek van locoburgemeester Rutger Groot Wassink, hoofdcommissaris van politie Frank Paauw en hoofdofficier van justitie René de Beukelaar op het hoofdbureau aanwezig, met een lijn naar minister van Justitie en Veiligheid Dilan Yeşilgöz.

Rahman Akkad bleek gearriveerd in een bestelwagen van Albert Heijn, waarvoor hij bezorgde. Zo was zijn identiteit snel achterhaald. Kelder: “Wat zat er in die bus? Wat betekende het dat hij een Syriër was? Was dit toch terreur? Dat probeer je via de onderhandelaars en de opsporing te achterhalen.” De hoofdstrategie: de tijd nemen. Kelder: “We wilden de gijzelnemer uitputten en onderhandelen.”

Sociale media
Dat op sociale media foto’s rondgingen vanuit het pand, baarde zorgen. “We riepen iedereen op te stoppen met het posten van beelden,” zegt Kelder. “Het kon levensgevaarlijk zijn als de gijzelnemer wist dat nog zoveel mensen boven waren, of hoe dicht de mensen van DSI hem al waren genaderd.”

De manschappen van De Groot moesten de slachtoffers boven veilig uit het complex krijgen, geholpen door informatie uit bouwtekeningen. “We probeerden ze gerust te stellen en te zorgen dat ze geen geluid maakten. Ze moesten niet gaan rennen, maar wachten tot onze mensen ze veilig naar buiten zouden helpen.”

Tegen 20.00 uur werden tientallen mensen via een nooduitgang aan de achterkant van het gebouw naar buiten geleid. Daar werden ze in bussen gezet en opgevangen. “Enkele gijzelaars gingen onbedoeld zelf in shock naar huis. Zij kregen pas hulp nadat ze zich dagen later hadden gemeld.”

Tijd: vriend en vijand
De zorgen namen toe over de vier in de kast, die zo krap was dat maar één van hen kon zitten. De moeder van het tiener meisje voelde zich niet goed.

De Groot: “Bij het uitputten van de gijzelnemer is tijd je vriend, maar het kan ook je vijand worden. De gijzelaars hebben geen drinken en de mevrouw in de kast had zorg nodig. Je blijft constant overwegen of je blijft onderhandelen of ingrijpt.”

Na advies van de onderhandelaars, die bijna vijf uur met het viertal in contact stonden, kreeg de vrouw die onwel was geworden een Apple Watch om haar pols, om de hartslag te monitoren. Een specialistische hulpverlener gaf advies. Op enig moment had de telefoon waarmee de vier in de kast communiceerden nog maar amper batterij. Het idee was over te schakelen op een MacBook.

Op dat moment veranderde alles.

Sprint
De onderhandelaars hadden met de gijzelnemer afgesproken dat een robotwagentje rond 22.30 uur flesjes water naar de deur zou brengen.

De Groot: “We waren door het goede contact hoopvol dat we het tot een geweldloos einde konden brengen. Na het eerste schieten had de gijzelnemer geen geweld meer gebruikt. De strategie was: doorgaan met onderhandelen.” De robot met de flesjes kwam via de afgesproken weg aanrijden. De gijzelnemer gebruikte zijn gijzelaar als menselijk schild en gaf hem opdracht het water te pakken.

Plotseling trok de gijzelaar een sprint en zette de gijzelnemer de achtervolging in. Terwijl de groene lichtstralen uit de scherpschutterswapens over het plaveisel dansten, gaf een DSI’er, een ervaren operator, in een gepantserde auto vol gas en reed de gijzelnemer omver. Rahman Akkad zou die nacht overlijden.

Ineens was het voorbij.

Kelder over het plotselinge einde: “Wij waren flabbergasted. Wat gebeurt hier? Het was echt een heldendaad. Nee, dat was geen opdracht van ons.”

Minste geweld
“Onze mensen zijn tot in de finesses getraind om slachtoffer en dader te scheiden als ze de kans krijgen. Onze gepantserde voertuigen stonden daar ook als schild tegen kogels of explosies voor onze mensen in de binnenring. Deze DSI-operator besloot in een split second gas te geven,” zegt De Groot. “Fantastisch. De gijzelnemer had de gijzelaar zomaar kunnen neerschieten.”

Dit was de oplossing met het minste geweld, zegt De Groot. “De scherpschutters konden de gijzelnemer niet in de borst schieten, vanwege de mogelijk echte explosieven. Schieten op de benen van een rennende verdachte is extreem moeilijk en afketsende kogels zijn levensgevaarlijk.”

Kelder en De Groot zijn het eens: dit is ‘een van de hoogste vormen van actie-intelligentie’ van de ervaren DSI’er. Het gaat goed met hem. De Groot: “Hij is intern begeleid met veel aandacht voor zijn emoties. Dat ook het Openbaar Ministerie na onafhankelijk onderzoek heeft geoordeeld dat hij juist handelde, is rechtvaardig. Dat hij van burgemeester Femke Halsema de Amsterdamse heldenspeld kreeg, doet goed.” Wel moet hij leven met het besef dat hij iemand heeft gedood.

Gepaste trots
De Groot: “Hij is terecht trots dat hij die Bulgaar én zijn directe collega’s heeft kunnen beschermen tegen levensbedreigend geweld. Hij is er niet trots op dat hij een leven heeft moeten nemen. Daarvoor komen wij ’s morgens niet uit bed. Maar hij moest wel. We zijn gepast trots op hem.”

Kelder: “De gijzelaar en de DSI-collega zijn de helden in dit verhaal. Hij heeft door zijn moedige besluit te gaan rennen onze collega de kans gegeven de gijzeling zonder verdere slachtoffers te beëindigen.” De Bulgaarse man heeft ‘in goeden doen’ het land verlaten, na intensief te zijn gehoord als getuige.

In de debriefing en in de periode na de gijzeling voelde Kelder de impact op zijn mensen. “Dit laat sporen na. Iedereen heeft een goed gevoel over hoe het is afgelopen, maar het onmachtige gevoel dat je krijgt als je vanwege zijn schieten in eerste instantie niet kunt doorpakken, maakt het verwerken lastiger.”

Na de gijzeling, op weg naar huis, reed Kelder nog even langs het Leidseplein. Het was er stil en leeg. “Bizar. Er wapperde nog een politielintje, dat was het. Alsof er niets gebeurd was.”

Een verdieping hoger
Bij de gijzeling in de Apple Store zaten 65 mensen uren vast op de bovenverdiepingen van het Hirschgebouw. Hoe beleefden zij die tijd?

De werknemer van een bovengelegen bedrijf kreeg appjes van zijn vriendin en zijn ouders met beelden van de gijzeling. “Ze maakten zich grote zorgen.” Op zijn kantoor werd de tv aangezet. “We keken naar de beelden op AT5. We voelden ons veilig en dachten dat het niet zo lang zou duren.” Bang was hij niet. “We wisten alleen niet hoe zwaar de bomgordel die de man droeg was. Ik had er alle vertrouwen in dat de politie de zaak zou oplossen.”

De winkelmedewerkers en klanten van de Apple Store die naar de kantine op de eerste etage waren gevlucht, konden vanuit het raam de politie-eenheden gade slaan. “We hoorden de helikopters in de lucht. We wisten dat we beschermd zaten. Zelf voelde ik me veilig, maar dat zal voor iedereen verschillen,” zegt een van de betrokkenen.

“Toen de gijzeling voorbij was, was de opluchting groot. “We mochten eruit. Eindelijk frisse lucht,” aldus een aanwezige. “De spanning viel weg. Maar als je thuis bent, voel je die weer. Al ebt ook dat langzaam weg. Wat ik er zelf uit haal, is de saamhorigheid die we met elkaar hadden. We zaten allemaal in hetzelfde schuitje, vingen elkaar op, vroegen hoe het ging met de ander en zochten steun bij elkaar. De Applefamilie en de klanten als schoonfamilie waren één. Dat positieve haal ik eruit om verder te gaan.”

 

Bron: Het Parool

Altijd op de hoogte? Meld u aan voor de wekelijkse nieuwsbrief